Polder Berkel
De Polder Berkel was voor ca. 1500 onderdeel van een groot
polderverband ten oosten van de Delftse Schie dat liep tot aan Berkel. Na de
splitsing in afzonderlijk polders werd de Polder Berkel door zes
poldermolens bemalen. Molen De Valk (1777) is de enige overgebleven
poldermolen. Door het winnen van veen werd de Polder Berkel de laagste
polder van Delfland. Het overtollig water wordt uitgeslagen op de Berkelse
Zweth, die naar de Delftse Schie leidt.
Polder Berkel (het onbebouwde deel) © OpenStreetMap-auteurs.
De Bovenmolenweg door de polder met molen De Valk in de verte.
Links gezien vanaf dezelfde locatie ligt de Onderweg.
Het gemaal Oude Leede bemaalt het noordwestelijke deel van de polder.
Molen De Valk, in ruste. Automatische gemalen namen zijn taak over.
De Berkelse Zweth loopt van hier naar de Delftse Schie.
Het zuidoostelijke deel van het onbebouwde deel van de Polder Berkel is ingericht als bergboezem (geopend in
2016), om bij hevige regenval tijdelijk als waterberging te dienen. Op een
kaart uit 1858 wordt dit deel al 'De Boezem' genoemd. Met een capaciteit van
600.000 kubieke meter staat er dan ca. 60 centimeter water in de polder.
Zodra de boezem van Delfland weer ruimte heeft wordt de bergboezem
leeggepompt en is de polder weer voor de weidevogels. Er loopt één weg door
de polder en verder zijn er wandelpaden rond de polder van waaruit de
openheid van het gebied kan worden beleefd.
Overzicht van de bergboezem (2016).
Overzicht van de bergboezem met rechts het gemaal van de bergboezem.
Gemaal Bergboezem Berkel.
Noordelijke toegang tot de weg door de bergboezem.
Zicht vanuit de bergboezem op poldermolen De Valk.
|
|