De Abtswoudseweg vóór de grote verandering en virtuele wandeling Papsou
Toen
2 september 2020. Het is dit jaar precies 60 jaar geleden dat het
agrarische gebied van de Lage Abtswoudsche Polder, ook Papsou genoemd, door
de stad Delft werd geannexeerd om grootschalige woningbouw uit te voeren. Op
1 februari 1960 ging de gehele polder van Schipluiden naar Delft. Er liep één weg dwars
door de polder: de eeuwenoude Abtswoudseweg, een ontginningsweg. Tussen 1960 en 1990 werden
achtereenvolgens de wijken Poptahof, Voorhof, Buitenhof en Tanthof gebouwd.
In twee afleveringen is de verdwenen, voornamelijk agrarische, bebouwing
langs deze eeuwenoude polderweg beschreven in jaarboeken van de
Historische
Vereniging Oud-Schipluiden in 2017 en 2018.
Video-wandeling langs de Abtswoudseweg
Virtuele wandeling Papsou Toen
Tijdens het onderzoek naar het agrarisch verleden van Abtswoude is veel
beeldmateriaal tevoorschijn gekomen. Met behulp van digitale technieken is
op internet een virtuele wandeling gemaakt langs de veelal verdwenen
boerderijen en andere bebouwing:
Papsou Toen. Klik op het
plaatje, en vervolgens op de knop Beleven.
Geschiedenis: De Hof van Delft, de Hoflanden
In Popswoude, een oude naam voor Abtswoude, werd al in de Romeinse tijd
gewoond op de hogere delen en oeverwallen. Maar vanaf de tweede eeuw werd
het gebied te nat. Later, vanaf de tiende eeuw, werd het gebied rond Delft
beheerd door de graven van Holland. Zij deden dit namens de keizer van het
Duitse Rijk en stichtten hoven van waaruit de verkaveling en ontginning
plaatsvonden. Vanuit een centraal gelegen hofgebouw (vroonhoeve, een
agrarisch bedrijf) werd de Hof van Delft bestuurd en werd er rechtspraak
uitgeoefend. Het hofgebouw, de hof van Delft, was gelegen aan de oostzijde
van de Delf (later Delftsche Schie), nabij de huidige Abtswoudsebrug, waar
in 1251 het klooster Koningsveld werd gesticht.
Bij de ontginning moest de wildernis toegankelijk worden gemaakt. Het
moerasbos werd verwijderd en overtollig water werd afgevoerd. Hiervoor werd
het kanaal de Delf gegraven, de noordelijke verlenging van het riviertje de
Schie. Sloten dwars op de Delf zorgden voor de afwatering van de aan beide
zijden gelegen gebieden, Papsou en Ruyven. Om het ontgonnen gebied van de
huidige Lage Abtswoudsche polder te beschermen tegen overstromingen vanuit
het onontgonnen gebied werd de Tanthofkade aangelegd, die in de tweede
helft van de twaalfde eeuw gereed kwam.
Kaart van Kruikius (1712) met de Papsouse Wegh en boerderijplaatsen.
De vroegste boerderijen in de Lage Abtswoudsche polder waren gelegen op
het hoger liggende veen, op de grens van veen en klei. Vanuit de vroonhoeve
werden op een bepaald moment wegen aangelegd naar het oosten (de Delfgawech)
en naar het Westen (de Papsouseweg); beide wegen maakten een haakse bocht
om het ontgonnen gebied beter te ontsluiten. Op kaartblad 18 van de Atlas
van Kruikius (1712) lopen de meeste sloten in de Papsousepolder in rechte
lijn van de Schie naar de Tanthofkade. Dit suggereert dat de op deze kaart
geheten Papsouse Wegh pas werd aangelegd, nadat het slotenpatroon voltooid
was. Nieuwe boerderijen werden vanaf die tijd langs deze weg gebouwd.
Sint Maartensrecht en Abtsrecht
Abtswoude is een van de oudste gebieden van de Hof van Delft, waar al
vanaf het begin van de elfde eeuw bewoning plaatsvond. Al vroeg werden delen
van het hofland vrijgemaakt (niet meer tot de hof behorende). De bisschop
van Utrecht kreeg in 1018, of kort hierna, 96 morgen hofland in bezit,
vernoemd naar de patroonheilige van het bisdom, Sint Maarten, aangeduid met
het Sint Maartensrecht. De strook land liep met nog eens 50 morgen vanaf de
Tanthofkade door tot aan Schipluiden.
De abdij van Egmond ontving van Graaf Floris I (regeerperiode 1049-1061)
negentien hoeven aan weerszijden van de Delf, het Abtsrecht. Abtsrecht en
Sint Maartensrecht verkregen zowel bestuurlijke als rechterlijke
bevoegdheden.
De straatnaam Abtsrecht en het fietspad Sint Maartensrechtpad herinneren
aan de twee oude rechtsgebieden.
Popteswolde, Popswoude, Papsou, Abtswoude
De oudste benaming van het gebied is Popteswolde (woud van Popta, een
Friese persoonsnaam). Vóór het ontstaan van het graafschap Holland was dit
gebied onderdeel van West-Frisia. Via diverse verbasteringen ontstond de
naam Papsou. Als officiële naam werd Abtswoude gekozen, vernoemd naar het
Abtsrecht. De naam Papsou leeft voort in Delft, waar de Papsouwselaan nu
leidt naar Abtswoude, dat in de volksmond overigens nog steeds Papsou wordt
genoemd. Het eerste deel van het uitbreidingsgebied kreeg de naam Poptahof.
Gemeente Hof van Delft
Hof van Delft was tot 1795 een ambachtsheerlijkheid en bestond uit een
onoverzichtelijke lappendeken. Diverse delen van het gebied waren in de loop
van de tijd uit de hof genomen, naast het Abtsrecht en het Sint
Maartensrecht ook Vrijenban en Vrouwenrecht. In 1795, de Franse tijd, werd
het ambacht een municipaliteit, bestuurd door een volksvertegenwoordiging.
In 1798 ging de municipaliteit over in de gemeente Hof van Delft. Dit duurde
slechts kort want op 1 januari 1812 werd de gemeente opgeheven en de grond
werd verdeeld tussen de gemeenten Delft en ’t Woudt. Echter, op 1 april
1817 werd deze opdeling weer ongedaan gemaakt en werd de gemeente Hof van
Delft weer gevormd en in 1832 zelfs verder uitgebreid met de gemeente Hoog-
en Woud-Harnasch en in 1855 met de gemeente Groeneveld. In de aanloop naar
de instelling van het kadaster in 1832 vond nog een grondruil plaats tussen
Hof van Delft en Vrijenban. Wellicht dat toen ook de meest noordelijke
strook percelen zuidelijk van de Abtswoudseweg en dit deel van de weg naar
Delft zijn overgegaan.
Gemeente Hof van Delft 1866 (gele contour)en Abtswoudseweg (rood).
Spoorbaan 1847
In 1847 werd de spoorbaan Delft-Schiedam aangelegd, waardoor boeren hun
weilanden doorgesneden zagen. Wel waren er op enkele plaatsen overgangen
aangebracht. Het gebied tussen de spoorbaan en de Delftsche Schie (nabij
Delft) werd geleidelijk ingevuld met industrie en woningbouw voor arbeiders.
Het land aan de westzijde van de spoorbaan bleef agrarisch.
Gemeentelijke herindelingen 1921, 1960 en 2004
In 1921 werd de gemeente Hof van Delft opgeheven. Het grootste deel van
het grondgebied ging naar de gemeente Schipluiden; de rest naar Delft. Ook
Abtswoude, een strook land in de Krakeelpolder, de Lage Abtswoudse polder en
het deel van de Noord Kethelpolder tot de grens met Kethel, kwam bij
Schipluiden, en dus ook de Abtswoudseweg, vanaf de knik in de weg.
Op 1 februari 1960 werd geheel Abtswoude bij Delft gevoegd. De chef van
Bureau Bevolking van Delft stelde al snel voor, op aandringen van de
hoofdbesteller van de PTT (postbezorging), de straatnaam te veranderen in
Abtswoude, dit om verwarring te voorkomen met de reeds bestaande
Abtswoudseweg bij de Schie. Pas in het raadsbesluit van 30 januari 1997 werd
de straatnaam veranderd in Abtswoude.
De meest recente gemeentelijke herindeling vond plaats op 1 januari 2004,
waarbij de gemeente Midden-Delfland ontstond. Het open veenweidegebied tot
aan de grens met Kethel ging over naar deze nieuwe gemeente. Een groenstrook
langs de wijk Tanthof, bestemd voor recreatie, bleef bij Delft.
De Provincialeweg 15
Al voor de Tweede Wereldoorlog bestond het plan voor de aanleg van
Provincialeweg 15 langs Delft, die Den Haag met Schiedam moest verbinden en
deels geprojecteerd werd over de Abtswoudseweg. Ter voorbereiding hiervan
werden in de periode 1939-1940 stroken grond langs de Abtswoudseweg door de
provincie aangekocht.
In 1938 was men al begonnen met het storten van zand ten behoeve van de
provinciale weg ter hoogte van de Woudweg in Schiedam-Kethel, maar met de
techniek van toen kon geen stabiele basis worden gecreëerd op de slappe
ondergrond. In de tweede helft van de jaren zestig kwam de Provincialeweg 15
gereed. Deze weg liep van Den Haag, langs het in 1963 geopende winkelcentrum
‘In de Bogaard’ in Rijswijk, naar de Kruithuisweg. Het resterende deel van
de weg naar Schiedam verdween van tafel.
Abtswoudseweg bij de knik, ter hoogte van het huidige Pad van Troje. Fotograaf onbekend, glasnegatief 1937.
Voorhof, Buitenhof, Tanthof
Het gebied rond de Abtswoudseweg is in twee fases herontwikkeld. De
eerste fase begon vrijwel onmiddellijk nadat Abtswoude naar Delft was
overgegaan, op 1 februari 1960. Op 12 juli 1960 stelde de gemeenteraad van
Delft het uitbreidingsplan Voorhof II vast. Op 22 februari 1961 besloot de
gemeenteraad tot onteigening in het belang van de volkshuisvesting.
Goedkeuring van Provincie Zuid-Holland voor het plan kwam op 13 april 1961.
Alle aanwezige bebouwing werd gesloopt en het betreffende deel van de
Abtswoudseweg werd verbreed tot Provincialeweg 15.
De tweede fase was de bouw van de wijk Tanthof, vanaf het midden van de
jaren zeventig tot in de jaren tachtig. Hier bleef de Abtswoudseweg
grotendeels intact. Bovendien werd bij het maken van de plannen rekening
gehouden met de aanwezige boerderijen en werd getracht deze een nieuwe
functie te geven. Slechts één boerderij kon uiteindelijk in bedrijf blijven:
de boerderij van Gerard van Winden ligt nu midden in de wijk Tanthof. De
meeste andere boerderijen kregen uiteindelijk toch een woonfunctie.
Abstwoudseweg 5, boerderij van Van der Maarel. Foto gemeente Den Haag 1967.
Virtuele wandeling Papsou Toen
Tijdens het onderzoek voorafgaand aan de publicatie van de twee artikelen
is veel beeldmateriaal boven tafel gekomen, vooral van particulieren. Met
toestemming voor publicatie kan de kan de sfeer van deze oude ontginningsweg
en de vroegere bebouwing nog beleefd met
Virtuele wandeling Papsou Toen. Copyright berust bij de aangegeven
fotografen.
Abtswoudseweg 12, de timmermanswerkplaats van de gebroeders Bakker. Foto Jaap Hoekstra.
Abswoudseweg 32, boerderij van de familie Lansbergen. Na brand in 1942 is een nieuwe boerderij gebouwd. Foto familie Lansbergen.
Abstwoudseweg 40, oude boerderij van de familie Moerman, gesloopt in 1927. Fotograaf onbekend.
Abtswoudseweg 64, boerderij van Kalisvaart. Foto Ton Kerklaan 1983.
Meer lezen:
- Twee artikelen in de jaarboeken van de
Historische
Vereniging Oud-Schipluiden in 2017 en 2018.
- Stichting Midden-Delfland is Mensenwerk,
Historie en landschap van de Kerkpolder, het zuidelijke deel van de Lage
Abtswoudse polder, het westelijke deel van Zuidpolder van Delfgauw en de
Akkerdijksche polder, 2014, p. 13. Bewoningsgeschiedenis.
- Gerrit Verhoeven, De derde stad van Holland, geschiedenis van Delft
tot 1795’, Delft 2015.
- Jean Paul Bakx en Epko J. Bult, Een opschuivend erf uit de Late
Middeleeuwen en Nieuwe Tijd, Delftse Archeologische Rapporten Mens en
landschap in de Delftse regio, deel VIII, 2013.
- Dr. J.F. Niermeyer, Delft en Delfland, hun oorsprong en vroegste
geschiedenis, Leiden 1944, p. 44.
- Wikipedia,
Hof van Delft (gemeente).
|